Dat we de laatste weken opnieuw minder consumeerden dan voor corona, blijkt ook uit onze eigen geanonimiseerde transactiedata. De totale uitgaven – gemeten als geld dat van de bankrekening gaat – lagen tijdens de zomer nog een stuk hoger dan tijdens dezelfde periode in 2019. Bij het begin van het schooljaar stabiliseerden de uitgaven op het pre-coronapeil.
Onderstaande grafiek toont de evolutie, afgezet tegenover de ‘stringency’-index (een maatstaf voor de intensiteit van de op dat moment geldende ‘social distancing’-maatregelen). Daarop is duidelijk te zien dat de consumptie de voorbije weken opnieuw onder het pre-coronapeil dook.
Dat hoeft niet te verbazen. Het consumentenvertrouwen, een indicator van de Nationale Bank, daalde in november voor de derde opeenvolgende maand. Ook alternatieve maatstaven wijzen in dezelfde richting. De mobiliteitsindicator van Google, die vertelt hoe vaak we ons verplaatsen voor shoppen of ontspanning, daalde opnieuw flink. Die ligt nu op hetzelfde peil als voor de zomer.
De impact van inflatie
Dat de consumptie in nominale termen op hetzelfde peil ligt als voor de start van de pandemie, is enigszins misleidend. De inflatie nam sindsdien immers stevig toe. Het prijspeil, gemeten aan de hand van de favoriete indicator van de Europese Centrale Bank*, lag in november meer dan 7 procent hoger dan twee jaar eerder.
Anders gesteld: een evenaring van de pre-corona-uitgaven betekent dus dat we op dit moment in reële termen zo’n 7 procent minder uitgeven. Een verdere vertraging van de consumptie riskeert de economie af te remmen. In dat geval wordt een krimp van het totale bbp stilaan onafwendbaar.
U weet alweer waarover te praten straks tijdens het feestmaal, al dan niet videochattend met de uitgebreide familie.
* De geharmoniseerde inflatie of HICP (Harmonised Index of Consumer Prices).