Het beursnajaar 2018 is op zijn minst turbulent te noemen, met herhaalde dagen van koersdalingen en tastbare onzekerheid bij de beleggers aan weerskanten van de Atlantische Oceaan.
In die context trok het artikel ‘The paradox at the heart of the US stocks rally’ in de Financial Times van deze morgen onze aandacht. Het geeft een andere blik op de Amerikaanse beurs. We hebben het voor u samengevat.
Hoe je het ook bekijkt, de stijging van de Amerikaanse beurs sinds de crisis van 2008 is indrukwekkend, met voor de S&P 500 een gecumuleerd rendement van 310% of 16% per jaar. Paradoxaal genoeg lijken de beleggers die uitzonderlijke haussemarkt niet te appreciëren noch te willen steunen. Ze gingen er slechts schoorvoetend in mee. Daarin schuilt volgens de Financial Times de paradox.
Er is inderdaad twee keer zoveel geld belegd in obligaties als in aandelen. Dat was de voorbije dertig jaar nog nooit gebeurd. Die paradox verklaart ook waarom de beurshausse niet gepaard ging met een stijging van de rente, integendeel.
Hoe komt dat?
Om dat te begrijpen moet je twee structurele factoren in aanmerking nemen: de inkoop van eigen aandelen en de schaarste aan beschikbare individuele aandelen als gevolg van de passieve houding van de beleggers.
De val van de rentetarieven na de financiële crisis leidde tot een sterke daling van de kosten van schulden in vergelijking met die van aandelen. De bedrijven uit de S&P 500 kochten sinds 2009 dan ook bijna 4.500 miljard dollar aan eigen aandelen in. Om u een idee te geven: In het kader van de Quantitative Easing kocht de Fed tussen 2009 en 2014 in totaal voor 3.500 miljard dollar obligaties. Sinds 2009 kochten de grote Amerikaanse bedrijven elk jaar gemiddeld zo’n 380 miljard dollar meer eigen aandelen in dan ze er uitgaven. Dat betekent een fameuze inkrimping van het aandelenaanbod. Volgens een raming van de auteur van de studie komt zo’n 33% van de winst die de S&P 500 boekte, daar vandaan.
En dat verschijnsel zal niet meteen verdwijnen, want de fiscale hervorming die Donald Trump gelanceerd heeft, moet bedrijven net aanmoedigen om hun elders – in fiscale paradijzen – geaccumuleerde winsten terug te brengen naar de VS. Tot dusver repatrieerden de bedrijven circa 33% van de cash die ze elders ondergebracht hadden; er blijft nog minstens 2.000 miljard dollar in het buitenland. Voeg daarbij de winst die de Amerikaanse multinationals in het buitenland boeken – goed voor zowat 100 miljard dollar per kwartaal. Als we dat allemaal in aanmerking nemen, zou de inkoop van eigen aandelen volgens Goldman Sachs in 2018 wel eens in de buurt van 1.000 miljard dollar kunnen liggen.
Hier gaat het om het gedrag van de beleggers, of eerder hun voorkeur om delen van bedrijven te bezitten via indextrackers, liever dan individuele aandelen. Sinds 2009 is het percentage Amerikaanse aandelen dat via dergelijke beleggingsproducten in bezit wordt gehouden, explosief gestegen. Terwijl ruim 10.000 miljard dollar rechtstreeks in de bedrijven uit de S&P 500 belegd is, is zo’n 3.400 miljard dollar geïnvesteerd via trackerfondsen, beheerd door de grootste drie vermogensbeheerders ter wereld (State Street, Blackrock en Vanguard). Het vervelende aan dat beleggingstype is dat het de werking van de beurzen verstoort. Het geld wordt namelijk belegd volgens het gewicht van de verschillende aandelen in de beursindex, en totaal niet meer volgens de fundamentele toestand van het betrokken bedrijf. Als een voldoende hoog percentage aandelen van een onderneming in handen komt van beleggers die niet echt bewust meer beslissen om een bepaald aandeel van de hand te doen, verandert de werking van de markten. Door het toenemend aandeel passieve beleggers ontstaat er namelijk een ‘captive market’, waar het geld gemakkelijk naartoe stroomt, maar moeilijker weer weg raakt. Dat vermindert de hoeveelheid beschikbare aandelen op de markt.
Tot besluit stelt de auteur van het artikel dat die nieuwe trends – inkoop van eigen aandelen en schaarste aan verhandelbare aandelen – er tot nu toe voor gezorgd hebben dat de schade bij de schokken die de markten in 2018 te verwerken kregen (januari en oktober) beperkt kon worden. Hij vraagt zich echter bezorgd af wat de impact van die gedragingen zal zijn in termen van slechte kapitaalallocatie op de Amerikaanse markt.
Stof tot nadenken!
Bron: Financial Times, The paradox at the heart of the US stocks rally, Supriya Menon.