Basiseffect
Vandaag spelen er echter nog andere elementen dan het zweepslageffect die de prijzen beïnvloeden. Een zeer belangrijke is het basiseffect. In Europa, maar ook in de VS, zien we een dalende inflatie-index vanaf de tweede helft van 2020 tot januari - februari 2021. Vermits inflatie de jaar-op-jaarbeweging meet van de index, impliceert dit dat de komende maanden de huidige inflatie-index wordt vergeleken met de dalende index van 2020. Dus zelfs als de prijzen van de producten in de inflatiemand nu stabiel blijven, dan nog zou de jaar-op-jaar inflatie de hoogte ingaan. Begin 2022 verdwijnt dit basiseffect uit het inflatiecijfer.
Zal de inflatie op dat moment normaliseren? Is deze schok tijdelijk? Definieer tijdelijk! Jawel, de prijsstijging als gevolg van een tekort aan chips, storingen in de distributiekanalen en hogere energieprijzen zijn tijdelijk. Maar op korte termijn kan een koude winter de gas- en elektriciteitsprijzen nog hoger duwen. De Frank Debooseres van deze wereld ramen de kans op een La Niña fenomeen op 70-80%. La Niña kan voor onze contreien zeer koude winters met veel sneeuw met zich meebrengen. Vet de skilatten alvast in, maar hou tevens de chequeboek bij de hand om nog hogere elektriciteitskosten te betalen.
Een element dat de aanbodschok kan verlengen, is de “stop-go” economie in China. Het sluiten van terminals – waaronder de derde belangrijkste ter wereld – omwille van enkele gevallen van covid, heeft enorme gevolgen voor het maritiem vervoer. Het inhalen van die vertragingen vergt tijd, en telkens er een nieuwe haven gesloten wordt, loopt de achterstand opnieuw op. China is niet het enige Aziatische land met een zerotolerantie. Ook Vietnam hanteerde dit beleid, maar sinds de instorting van zijn bbp met 6,2% in het derde kwartaal als gevolg ervan, geldt er een versoepeling. Een normalisering van de handel is cruciaal voor een stabilisering van de prijzen.
Stijgende inflatieverwachtingen
Een meer duurzaam opwaarts inflatie-effect is mogelijk afkomstig van de inflatieverwachtingen. Via de lonen duwen deze potentieel de inflatie hoger. In de afgelopen 20 jaar leidden inflatiepieken tot hogere inflatieverwachtingen voor het daaropvolgend jaar. Vandaag stellen we vast dat de inflatiepiek gepaard gaat met een stijging van de inflatieverwachtingen op korte, maar ook op middellange termijn, tot 5 jaar vooruit. Werknemers lijken meer vertrouwen te hebben om hogere lonen en betere arbeidsvoorwaarden te gaan vragen. Ondernemingen zijn mogelijk meer bereid loonsverhogingen toe te staan in de verwachting dat zij de hogere kosten verder in de prijsvormingsketen kunnen doorrekenen, met beperkte gevolgen voor hun concurrentievermogen. In België zal er sowieso een stijging zijn van de te betalen lonen als gevolg van de automatische loonindexatie.
Dit zou betekenen dat de inflatie de doelstellingen van de beleidsmakers eerder zal bereiken of zelfs overschrijden dan veel centrale banken van geavanceerde economieën momenteel verwachten. Met andere woorden, de inflatie zou zich op een hoger niveau kunnen stabiliseren. Op dat moment zullen we zien of de centrale bankiers met dat stabiel hoger niveau kunnen leven, of in paniek schieten en de rente de hoogte induwen.
Gevolgen voor de economische groei
Wat is de impact van de hogere inflatie op de economische groei? Stijgende energieprijzen hebben een remmende werking op de reële inkomensgroei. Ze hollen de koopkracht uit. In de EU schommelen de energiekosten rond de 800 euro per jaar per huishouden. Een verdubbeling van de eenheidskosten van energie, zoals de afgelopen weken het geval was bij de futures voor elektriciteitsprijzen, zou leiden tot een daling van het reële beschikbare inkomen van de huishoudens met ongeveer 4,5%. Volgens traditionele economische modellen zou daardoor de BBP-groei met 0,6 procentpunt gedrukt worden.
Dit is waarschijnlijk een overschatting van het effect op de reële inkomens omdat:
1. de energieprijzen voor de consument de groothandelsprijzen niet rechtstreeks volgen. Energieleveranciers dekken zich doorgaans in tegen prijsschommelingen. Daarenboven zijn in sommige landen de prijzen nog steeds gereguleerd.
2. de regeringen hebben gereageerd met maatregelen om het effect te helpen minimaliseren door de belastingen op energierekeningen te verlagen of via de uitkering van energiecheques.
Inkomensschok
Dit vermindert de inkomensschok. Al bij al zou een "back-of-the-envelope"-berekening op basis van vroegere verbanden tussen het gezinsinkomen en het bbp wijzen op een effect van enkele tienden van het bbp. Hoewel niet onbelangrijk, is dit relatief beperkt in het grote geheel der dingen. In België is het effect nog kleiner omwille van de indexatie van de lonen. Het Planbureau berekende zopas dat de spilindex vermoedelijk reeds in januari opnieuw wordt overschreden, na een vorige overschrijding in augustus.
Voor bedrijven komen de stijgende energieprijzen wel hard binnen. Deze komt boven op de stijgende loonkosten, transportkosten en aanvoerproblemen. Dat zal wegen op de gerealiseerde marges en mogelijk ook op de bedrijfsinvesteringen, zeker als de prijsstijgingen niet kunnen doorgerekend worden.
Ondanks de inflatie-opstoot verwachten we niet dat we fundamenteel van het door ons vooropgestelde groeipad zullen afwijken. Dit is (nog) niet de gevreesde stagflatie: de groei stagneert niet noch is de inflatie duurzaam. Het mondiale bbp zal in 2022 terugkeren naar haar punt van net voor de crisis. De weg naar het volledig herstel wordt wel wat meer hobbelig.