Menu
Micro-economie
19.01.2024
Arne Maes Senior Economist

Nu (online) kopen, straks betalen

Sinds 2019 zijn we minder cash gaan gebruiken bij winkelaankopen. Ook shoppen we met zijn allen meer online. Niet-bancaire kredietverstrekkers spelen in op die trends met ‘Buy Now, Pay Later’-producten. De gemiddelde BNPL-gebruiker is jong, kortopgeleid en heeft vaker moeilijkheden bij het terugbetalen. Geen wonder dat de EU daarover nieuwe richtlijnen uitvaardigde eind vorig jaar.

Wat is BNPL?

Bij ‘Buy Now, Pay Later’ krijgt de consument uitstel van betaling. Typisch zijn er geen interesten verschuldigd op het uitstaande bedrag en liggen de betalingstermijnen (4, 6 of 12 maanden) vooraf vast. De verkoper draait op voor de financieringskosten, terwijl de BNPL-aanbieder het kredietrisico draagt.

Uit een analyse van Bank for International Settlements (BIS) blijkt dat die financieringskosten ongeveer dubbel zo hoog liggen als bij kredietkaarten. Sinds 2019 nam het door BNPL gefinancierde transactievolume flink toe, zoals u links in onderstaande grafiek ziet. Rechts ziet u het aantal downloads en gebruikers van de BNPL-apps.

240119 a

 

Het gemiddelde BNPL vertoont een vrij groot risicoprofiel. De meeste gebruikers zijn jonger dan 35. De onderzoekers van BIS wijzen erop dat die generatie (zogenaamde millennials en gen Z’ers) vaak geen kredietkaarten hebben en minder financieel geletterd zijn dan oudere cohorten. Onderzoek in de VS wees uit dat BNPL’ers vaker meer schulden en een lage kredietscore hebben.

240119 b
 

Geografische spreiding

De adoptie van BNPL-producten verschilt echter flink van land tot land. Het recentste ‘Global Payments Report’ van FIS (Fidelity Information Services) toont de situatie voor Europa. In ons land werd in 2022 14% van alle e-commerce gefinancierd met BNPL. Dat is een stuk meer dan in Nederland en vooral Frankrijk, maar minder dan in Duitsland.

240119 c

 

Datzelfde rapport gaat ervan uit dat cashgebruik als deel van point-of-salestransacties zal dalen van 18% in 2022 naar 12% in 2026 voor ons land. In de Scandinavische landen (en Frankrijk) zal tegen dan nog slechts 5% van de transacties zo lopen, terwijl Duitsland en Spanje rond de 30% schommelen. Maar wat verklaart nu die spreiding?

De BIS-onderzoekers modelleerden het BNPL-appgebruik per capita. Ze concludeerden dat BNPL populairder is bij hogere inflatie. Dat hoeft niet te verbazen: de kredieten helpen immers om op korte termijn de koopkracht te vrijwaren. Opvallend is dat BNPL populairder is in landen met minder strenge financiële wetgeving én minder consumentenbescherming. Dat laatste deed de Europese beleidsmakers alvast tot actie overgaan.

Impact van de EU-consumentenkredietrichtlijn op BNPL

Een nieuw financieel product vereist ook regels. Met de Consumentenkredietrichtlijn paste de EU eind vorig jaar een mouw aan het regulatorische vacuüm rond BNPL. Die richtlijn breidde de bestaande regelgeving expliciet uit naar BNPL-producten en -kredieten van minder dan 200 euro.

Consumenten hebben voortaan gelijkaardige rechten als de rechten die van toepassing zijn op de meeste andere financiële producten. Zo hebben ze bv. recht op informatie voor ze de kredietovereenkomst afsluiten en recht op 14 dagen bedenktijd om eventueel alsnog af te zien van het contract. Advocatenkantoor Linklaters ten slotte merkt in een analyse op dat peer-to-peer- of crowdfundingkredieten niet onder de regelgeving vallen.

De bal ligt nu in het kamp van de BNPL-aanbieders, die volgens het BIS-rapport tot nu toe flink verlieslatend waren. Als ze een populair product in lijn met de geldende regels kunnen aanbieden, dan hebben ze een rol te spelen in de (digitale) economie. In het ander geval dreigt een noodzakelijke pivot of zelfs een kater voor de durfkapitalisten die een nieuwe financiële sector uit de grond probeerden te stampen.

De opinies in deze blog zijn die van de auteurs en geven niet noodzakelijk het standpunt van BNP Paribas Fortis weer.
Arne Maes Senior Economist
Arne is de interne expert in de Belgische economie. Daarnaast is hij belast met de opbouw en instandhouding van de voorspellingsmodellen van de afdeling en ontwikkelt hij nieuwe onderzoeksideeën. Lees meer

Over het onderwerp