Stadsboerderijen duiken meer en meer op. Wat Ferme Abattoir dan uniek maakt? Het feit dat het om een aquaponische boerderij gaat. Een aquaponische boerderij combineert de kweek van vis en de teelt van groenten in één gesloten watersysteem met een biologische filter. Met de overtollige warmte van de koelinstallaties van de voedselmarkt van Anderlecht wordt het geheel geklimatiseerd. Twee duurzame aspecten die van Ferme Abattoir een perfect uithangbord maken van de circulaire economie waar BNP Paribas Fortis graag zijn schouders onder zet .
“We inspireerden ons op een innovatief aquaponisch project in Berlijn”, vertelt architect en uitbater Steven Beckers. “De rode draad? De ambitie om lokaal voedsel te kweken voor lokaal gebruik. We houden de transportketen dus zo kort mogelijk, wat uiteraard een heel stuk duurzamer is. Het sociale aspect is voor mij essentieel: we verschaffen hier werk aan de lokale bevolking en brengen de kweker en de consument opnieuw een stuk dichter bij elkaar. Ook door de CO2-uitstoot en de warmte van de gebouwen te hergebruiken, realiseren we een belangrijke besparing.”
In theorie kan dit project ook op het platteland, maar dan vervalt wel een stevig deel van het circulaire economie-aspect. Bovendien werkte Ferme Abattoir bij de bouw van de stadsboerderij uitsluitend met recycleerbare bouwmaterialen, die probleemloos elders hergebruikt kunnen worden.
Met een totale oppervlakte van 4.000 vierkante meter is de stadsboerderij meteen ook een van de grootste in Europa. Maar Steven Beckers ziet het op termijn nog grootser. “We leerden hier dat een grotere oppervlakte de rendabiliteit van het project nog doet stijgen. Om een idee te geven: op jaarbasis kunnen we hier nu 35 ton baars en 15 ton tomaten produceren.” Dat is lang niet slecht, maar op termijn mikt Ferme Abattoir op stadsboerderijen met een nog grotere oppervlakte. Vandaag hebben ze nog een tiental nieuwe locaties op het oog, onder meer in Gent, Antwerpen en Waals-Brabant.