Menu
Macro-economie
23.06.2021
Sylviane Delcuve Senior Economist

Maritiem transport waagt de sprong

Deze week trachten 174 landen die lid zijn van de Internationale Maritieme Organisatie het startschot te geven voor het koolstofvrij maken van de maritieme transportsector. Daarvoor moet een consensus gevonden worden rond de manier waarop de sector kan worden aangemoedigd om tegen 2030 een daling van de CO2-uitstoot met 40 procent te realiseren. Dat kan ofwel door de uitstoot tegen 2030 jaarlijks met een bepaald percentage te doen dalen, mits iedereen daarmee akkoord gaat. Ofwel door een kostprijs te bepalen voor de tonnen CO2 die worden uitgestoten. Eenvoudig gaat dat niet zijn. Gezien het grote aandeel van de sector in de wereldwijde CO2-uitstoot, wordt dat zonder twijfel een enorme uitdaging.

 

Wat is de IMO?

De IMO is een gespecialiseerde instelling van de VN die belast is met het opstellen van normen voor de veiligheid, beveiliging en milieuprestaties van de internationale maritieme transporten. De organisatie heeft als taak voor de sector een billijk en efficiënt reglementair kader te creëren. Ze wil zo uniforme spelregels opstellen zodat exploitanten van schepen hun financiële problemen niet aanpakken door louter op de kosten te beknibbelen, met het gevolg dat ze de veiligheid en de milieuprestaties in gevaar brengen. De geloofwaardigheid van de beslissingen genomen door de IMO berust op consensus. Dat verklaart waarom de instelling zo traag beslissingen neemt en eigenlijk weinig gekend is. Daarom is het een must dat men binnen de IMO deze week een akkoord bereikt over de manier waarop de CO2-uitstoot van de maritieme sector in de toekomst wordt belast.

Internationale maritieme transporten zijn goed voor ongeveer 80 procent van de wereldhandel, en voor het gros van de goederen zijn ze het meest efficiënte en rendabele transportmiddel.

De sector op zich is verantwoordelijk voor 2,4 procent van de totale CO2-uitstoot per jaar. Maar het is een sector die moeilijk te decarboniseren is, want schone energie zoals waterstof of methanol zijn veel duurder dan fossiele energiebronnen. De reuzen uit de sector hebben steeds opnieuw de transportkost verlaagd. Dat verklaart waarom het zo moeilijk is om de spelers te laten focussen op de vermindering van de vervuiling. Want dat brengt automatisch enorme kosten met zich mee (waarvan de experts menen dat die tot duizenden miljarden kunnen oplopen).

Een zeer trage evolutie

De experts verwachten geen mirakel op korte termijn. Het zal enkele decennia duren vooraleer de sector minder vervuilende energiebronnen gaat gebruiken. Bijgevoegde grafiek geeft weer welke tijdshorizon ze voorzien voor de ‘vergroening’ van het maritiem transport in de wereld.  

maritime

Eén van de mogelijke pistes die vandaag tijdens de gesprekken bewandeld wordt, is de koppeling van de CO2-uitstoot aan de grootte van het schip. Momenteel gebeurt dat nog niet. Het is belangrijk te weten dat de Europese Commissie van plan is zeer binnenkort haar systeem voor het traden van CO2-uitstoot uit te breiden tot de maritieme sector. Dat zou een enorme stap vooruit zijn, want tot vandaag was de maritieme sector daarvan uitgesloten.

De tijden veranderen

Een sprankeltje hoop: het Deense Maersk, het grootste maritieme bedrijf ter wereld, heeft onlangs voorgesteld om de prijs per ton uitgestoten CO2 wereldwijd vast te leggen op 50$. Dat is een primeur! Anderen stellen ook voor om 2$ per ton brandstof te laten betalen. Dat geld zou dan in een grote gemeenschappelijke pot terechtkomen die zou dienen voor de financiering van het onderzoek en de ontwikkeling van minder vervuilende energiebronnen. En net daar wringt het schoentje! Want het risico bestaat dat dit de invoering van een echte CO2-belasting vertraagt, terwijl dat de beste manier blijft om de doelstellingen rond decarbonisatie te behalen. Meer bepaald een daling van 40 procent van de CO2-uitstoot tegen 2030 en 50 procent tegen 2050. Niet iedereen vindt de opbouw van zulk fonds een goed idee. Want het zijn de overheden die het geld ontvangen. En wie garandeert dan dat dit geld correct wordt ingezet?

Een akkoord binnen de IMO deze week is echter de beste manier om de stap te zetten naar een groenere maritieme wereld. Als er geen akkoord wordt bereikt, zou dat daarentegen zeer slecht nieuws zijn.

De opinies in deze blog zijn die van de auteurs en geven niet noodzakelijk het standpunt van BNP Paribas Fortis weer.
Sylviane Delcuve Senior Economist
- Master in de economie aan de ULB - Economist in de marktenzaal van de grootste bank van het land gedurende 10 jaar - Kredietverantwoordelijke voor de gestructureerde producten - Uitgebreide onderwijservaring: ULB, Solvay, ULg, HEC St Louis Lees meer

Over het onderwerp

Geen resultaat